Veelgestelde vragen
Duurzame energie is energie die wordt gewonnen uit natuurlijke, hernieuwbare bronnen, zoals zon, wind, water en biomassa, die niet opraken en weinig tot geen milieuschade veroorzaken.
- Stop klimaatverandering
De opwarming van de aarde veroorzaakt extreme weersomstandigheden, stijgende zeespiegels en verlies van biodiversiteit. Fossiele brandstoffen zorgen voor veel CO2-uitstoot en dragen bij aan de opwarming van de aarde. Om de doelstellingen van het Klimaatakkoord van Parijs te behalen, is een drastische vermindering van CO2-uitstoot vereist. Duurzame bronnen zoals windenergie en zonne-energie zijn schone alternatieven.
- Schoon alternatief voor fossiele brandstoffen
De voorraad van fossiele brandstoffen zoals olie, gas en kolen raken uiteindelijk op, terwijl de vraag naar energie wereldwijd blijft groeien. Duurzame energie is een oneindige bron en een schoon alternatief voor fossiele brandstoffen waarmee toekomstige energietekorten voorkomen kunnen worden.
- Beter voor de natuur en het milieu
Duurzame energiebronnen zoals wind- en zonne-energie veroorzaken geen luchtverontreiniging, hebben een kleinere ecologische voetafdruk dan fossiele brandstoffen, wat helpt om ecosystemen en biodiversiteit te beschermen.
- Stabiele energievoorziening
Veel landen zijn afhankelijk van energie uit onstabiele regio’s. Dit kan leiden tot politieke en economische kwetsbaarheid door prijsschommelingen en bevoorradingsrisico’s. Door te investeren in duurzame energiebronnen kunnen landen en bedrijven energieonafhankelijker worden en hun economische stabiliteit versterken.
- Betaalbare oplossing
De technologie achter duurzame energieoplossingen, zoals zonnepanelen en windturbines, wordt steeds efficiënter en betaalbaarder. Dit zorgt ervoor dat het economisch steeds aantrekkelijker wordt om over te stappen op duurzame energie. Innovaties in energieopslag en slimme netwerken maken de energietransitie haalbaarder en betrouwbaarder.
- Werkgelegenheid en economische groei
De energietransitie creëert miljoenen nieuwe banen in sectoren zoals energieproductie, installatie van infrastructuur, onderzoek en ontwikkeling. Dit biedt niet alleen economische voordelen, maar stimuleert ook innovatie en lokale werkgelegenheid.
- Duurzaam alternatief
Consumenten, investeerders en bedrijven willen steeds vaker dat producten en diensten milieuvriendelijk en duurzaam zijn. Ondernemingen die niet inspelen op deze vraag lopen het risico marktaandeel te verliezen aan concurrenten die duurzaamheid omarmen.
Als je groene stroom afneemt, krijg je dezelfde 230 volt uit het stopcontact als je buurman die grijze stroom heeft. Het verschil zit hem in de manier waarop de stroom wordt opgewekt. Om elektriciteit als groene stroom te verkopen, moeten energieleveranciers er een Garantie van Oorsprong (GvO) voor hebben. Deze garantie verzekert dat de stroom uit een duurzame energiebron (zoals windenergie of zonne-energie) is opgewekt. Energieleveranciers moeten de herkomst van de door hen geleverde stroom op het stroometiket vermelden. Zo kun je altijd precies zien waar jouw stroom vandaan komt.
De verwachting is dat aardgas de komende jaren duurder wordt, terwijl elektriciteit goedkoper wordt. Grijze stroom wordt opgewekt uit fossiele brandstoffen, zoals kolen en aardgas. Fossiele stroomvoorziening wordt naar verwachting steeds duurder, omdat de voorraad schaarser wordt en de kosten van klimaatverandering worden doorberekend.
Groene stroom wordt vooral opgewekt door zon en wind en is daardoor afhankelijk van het weer. Op zonnige of winderige dagen is er meer groene stroom beschikbaar dan op een bewolkte, windstille dag wanneer met name gascentrales elektriciteit produceren. Een goede afstemming van vraag en aanbod is daarom belangrijk.
Het klimaatakkoord is een overeenkomst tussen organisaties en bedrijven in Nederland om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan. Daarmee wordt de opwarming van de aarde beperkt. Het belangrijkste doel van het Klimaatakkoord is de CO2-uitstoot in 2030 met 49% verminderen vergeleken met 1990. In 2050 moet de uitstoot van broeikasgassen met 95% afgenomen zijn.
In Nederland zijn 30 energieregio’s. In elke regio werken gemeenten, provincies en waterschappen met inwoners, bedrijfsleven, netbeheerders, energiecoöperaties en maatschappelijke organisaties samen aan de RES 1.0. Zij onderzochten:
– Waar is plek is om grootschalig energie op land op te wekken? En hoeveel?
– Valt de keuze op windturbines, op zonnepanelen of een combinatie daarvan?
– Is er aansluiting op het energienetwerk is kan het netwerk al die energie aan?
In de Regionale Energie Strategie staan de gezamenlijke gemaakte keuzes van de energieregio.
Zonne-energie is een belangrijke energiebron maar niet de enige oplossing. ’s Nachts en in de winter wekken de panelen nauwelijks energie op. Bovendien: als het waait, schijnt vaak de zon niet en andersom. Kortom: zonne-energie en windenergie kunnen elkaar goed aanvullen en optimaal gebruik maken van het elektriciteitsnetwerk. Dat scheelt enorm veel kosten.
Dit kan worden opgevangen met energieopslag of door andere energiebronnen in te schakelen. Er wordt ook onderzoek gedaan naar efficiëntere opslagsystemen.
Er wordt onder andere gekeken naar factoren als wind- en zonintensiteit, afstand tot het elektriciteitsnet, milieu-impact en draagvlak bij de gemeenschap.
Dit varieert: zonneparken kunnen enkele maanden duren, windparken vaak enkele jaren vanwege de complexiteit en milieustudies.
Financiering komt van investeerders zoals de overheid via subsidies, bedrijven en soms ook burgers door middel van coöperaties of crowdfunding.
Dit gebeurt via inspecties door het bevoegd gezag, onderhoudscontracten en monitoringsoftware om storingen snel op te sporen en op te lossen.
Windturbines gaan meestal 20-25 jaar mee, terwijl zonnepanelen ongeveer 25-30 jaar duurzame energie kunnen opwekken.
Door duurzame energie op te wekken zonder fossiele brandstoffen te verbranden, wordt er minder CO₂ uitgestoten, wat helpt om de klimaatverandering tegen te gaan.
Bij duurzame energieprojecten wordt er veel aandacht besteed aan het beschermen van de natuur en de omgeving. Hier zijn enkele maatregelen:
1. Milieueffectrapportages (MER)
Voordat een project wordt goedgekeurd, wordt er vaak een milieueffectrapportage uitgevoerd. Dit onderzoekt de impact op lokale ecosystemen, flora, fauna, bodemkwaliteit, waterhuishouding en luchtkwaliteit. Op basis van deze analyse kunnen aanpassingen worden gedaan om negatieve effecten te beperken.
2. Slimme locatiekeuze
Projectontwikkelaars kiezen zorgvuldig de locaties voor bijvoorbeeld windmolens en zonneparken. Windparken worden vaak vermeden in gebieden waar veel vogels broeden of migreren. Voor zonneparken worden meestal minder ecologisch waardevolle gebieden gekozen.
3. Ecologische inpassing en landschapsontwerp
Bij zonneparken wordt soms “ecologisch groenbeheer” toegepast. Dat betekent dat onder en rond de panelen bijvoorbeeld bloemenweiden of graslanden worden aangelegd, wat de biodiversiteit bevordert. Sommige zonneparken planten ook hagen en struiken die als leefgebied voor dieren dienen.
4. Aanpassing van technologie
Technologische aanpassingen helpen dieren te beschermen. Voor windturbines zijn er bijvoorbeeld vogelvriendelijke ontwerpen en technieken zoals stilstandvoorzieningen, waarbij de turbines tijdelijk worden stilgelegd tijdens vogeltrek. Voor vleermuizen kan de draaisnelheid in bepaalde seizoenen worden aangepast.
5. Duurzaam beheer en monitoring
Tijdens de exploitatie van het project wordt de impact op de natuur gemonitord. Eventuele aanpassingen in beheer kunnen worden gemaakt op basis van de observaties. Zo worden bijvoorbeeld de effecten op vogels of het bodemleven in de gaten gehouden.
6. Compensatiemaatregelen
Als een project toch onvermijdelijke negatieve effecten heeft op de natuur, worden soms compensatiemaatregelen getroffen. Dit kan bijvoorbeeld het aanleggen van een nieuw natuurgebied zijn, of het verbeteren van bestaande habitats elders.
7. Samenwerking met natuurbeschermingsorganisaties
Vaak werken energiebedrijven samen met natuurbeschermingsorganisaties om plannen te toetsen en aanpassingen te maken waar nodig. Zo worden oplossingen gezocht die zowel de energiewinning als de natuur ten goede komen.
Door te investeren in energiecoöperaties, groene obligaties, of het aanschaffen van aandelen in lokale energieprojecten.
Inwoners en ondernemers kunnen via een lokale energiecoöperatie mede-eigenaar worden van een duurzaam energieproject in hun omgeving. Dit geeft ze de kans om mee te beslissen over het project en te delen in de opbrengsten. Zo krijgen ze invloed op het project, het proces en over de besteding van eventuele opbrengsten.
Procesparticipatie: Inspraak en betrokkenheid in de besluitvorming
Procesparticipatie biedt omwonenden, bedrijven en lokale gemeenschappen de mogelijkheid om actief deel te nemen aan de besluitvorming en het planningsproces van duurzame energieprojecten. Door open te communiceren, informatie te delen en vragen te beantwoorden, voorkomen we misverstanden en bouwen we aan een goede relatie met alle betrokkenen. Zo zorgen we ervoor dat onze projecten aansluiten op de wensen en zorgen van de lokale gemeenschap.
Financiële participatie: Meeprofiteren van de opbrengsten
Financiële participatie maakt het voor omwonenden, bedrijven en lokale gemeenschappen mogelijk om financieel mee te profiteren van de opwek van duurzame energieprojecten, bijvoorbeeld via aandelen of obligaties, een burenregeling of een gebiedsfonds. Financiële participatie zorgt ervoor dat een deel van de winst of opbrengsten van duurzame energieprojecten terugvloeit naar de lokale gemeenschap.
Netcongestie is de overbelasting van het stroomnet. De vraag naar transport van stroom is dan groter dan wat het net aankan. Bij netcongestie kunnen huizen en energieparken geen elektriciteit meer afnemen of terugleveren. Dit is een groeiend probleem in Nederland. Dat komt aan de ene kant doordat we steeds meer elektriciteit gebruiken en ook zelf meer elektriciteit produceren (met windturbines of zonnepanelen).
In een smart energy hub wordt lokaal de opwek, opslag en optimaal verbruik van lokale duurzame energie met elkaar verbonden. Energiehubs zijn een schakel in een sterk en betrouwbaar energiesysteem waarin elektriciteit een steeds grotere rol gaat spelen. De hub voorkomt dat het elektriciteitsnet wordt overbelast. Het is een duurzame, betrouwbare en een betaalbare oplossing waarmee de energietransitie een stap verder wordt gebracht.
De komende jaren neemt naar verwachting het stroomverbruik in Nederland toe. Dat zorgt voor een toename van de vraag naar elektriciteit. Hierdoor ontstaat netcongestie, oftewel een overbelasting van het elektriciteitsnet. Zo kunnen bedrijven in sommige regio’s al niet meer aangesloten worden op het elektriciteitsnet. Smart Energy Hubs kunnen helpen bij het voorkomen van overbelasting door samen te werken aan en afspraken te maken over efficiënt energieverbruik.
In het energiesysteem van de toekomst slaan we duurzaam opgewekte energie op en sturen we op de vraag naar energie. Smart Energy Hubs zorgen voor een balans tussen de vraag en aanbod van energie. Met een Energy Management System (EMS) is het mogelijk om energie binnen een energie hub te ‘verhandelen’. Zo kan het men een overschot aan opgewekte energie opslaan en pas verbruiken wanneer er te weinig energie wordt opgewekt.
Meer informatie over duurzame energie
Burger- en projectparticipatie bij grote energieprojecten
RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland)
Prowind is aangesloten bij:
NedZero – windenergie voor een duurzame toekomst
En volgt in haar werkzaamheden:
Projecten
Het laatste nieuws over
onze projecten, kun je lezen
op onze nieuwspagina







